Mandarijn
‘Anneke, Anneke, kijk, kijk, de eekhoorn zit weer in de tuin!’ De katten rennen voor het raam heen en weer ‘achter’ de eekhoorn aan. Net zo lang tot hij weer verdwenen is.
Sinds een aantal weken loopt er elke dag een eekhoorn in onze tuin die heel ijverig onze walnoten uit de boom gapt. Hij verstopt ze in de tuin of neemt ze mee. Een leuk schouwspel voor zowel de kinderen als de katten. Met z’n allen voor het raam … Het is bijna net zo leuk als achter een beeldscherm zitten.
Ondertussen sta ik te bakken in de keuken. Onze zoon komt binnen, kijkt naar de fruitschaal en vraagt: ‘Mam, heb je ook iets anders dan mandarijnen?’ ‘Wat is er mis met mandarijnen?’ vraag ik. ‘Daar zitten van die draadjes aan’. ‘Je hebt toch handen, tanden en kiezen?’ antwoord ik. ‘Ja, maar ik krijg die dingen niet weg en als ik alle draadjes eraf moet peuteren, ben ik heel lang bezig. En met sinaasappels is het precies hetzelfde’. ‘Ook als je die grote handsinaasappels hebt?’ vraag ik. ‘Nou, op mijn werk krijg ik van die andere en die kan ik echt niet pellen, daarom neem ik ze maar mee naar huis.’ Nu herinner ik me weer dat het aantal sinaasappels op de fruitschaal magisch groeide in plaats van afnam. ‘Tja … ik kan het probleem niet voor je oplossen.’ zeg ik. Hij loopt naar de fruitschaal en pakt twee mandarijnen. ‘Deze heeft vlekjes mam, is die nog wel goed?’. ‘Misschien is die wat ouder of uitgedroogd, gewoon maar pellen en proberen.’ antwoord ik. Als hij hem met wat gemopper gepeld heeft en een stukje proeft, zegt hij: ‘Mam, deze is volgens mij echt niet meer goed hoor, hij smaakt naar alcohol.’ ‘Alcohol?’ vraag ik verbaasd. ‘Ja, volgens mij is hij aan het fermenteren. Wat moet ik ermee doen?’ ‘Nou, opeten of weggooien en een nieuwe pakken.’ zeg ik. ‘Ja, maar dat is verspilling’. ‘Wat wil je dan?’ vraag ik.
‘Mag ik hem aan de eekhoorn voeren? Misschien wordt die er wel dronken van. Dat is heel grappig.’ ‘Aan de eekhoorn? Eekhoorns eten toch geen mandarijnen?’ vraag ik wat verbaasd. ‘Eekhoorns kunnen toch niet dronken worden,’ zeg ik al lachend. ‘Jawel hoor! Ze eten wel bessen en vruchten en als die fermenteren en zij die eten, worden ze dronken.’ ‘Echt?! Ik geloof er niets van.’ zeg ik. ‘Jawel hoor, moet je maar kijken.’ Hij laat mij filmpjes zien van eekhoorns die inderdaad gefermenteerde vruchten hebben gegeten en daardoor de boom niet meer in kunnen, gekke sprongen maken en eigenlijk niet vooruit komen. Hilarisch! We moeten hard lachen. Dat dit kan!
‘Nou denk ik nog steeds niet dat onze’ eekhoorn mandarijnen eet, maar vooruit. Leg het maar in de tuin. Dan kunnen we zien wat er gebeurt.’ In gedachten zie ik het al voor me. Een waggelende, dronken eekhoorn in de tuin. En ik schiet weer in de lach. Mijn zoon legt de stukjes mandarijn in de tuin en nu afwachten maar. De komende tijd is het eekhoorntje kijken’.